Tijdens de anamnese krijgt de patiënt de gelegenheid en de tijd om zijn klachten te vertellen en zijn bezorgdheid en eventuele angsten te uiten. Hij kan ons op de hoogte brengen van medische problemen en het verleden en de eventuele behandelingen toelichten. Ook de familiale voorgeschiedenis kan belangrijk zijn. Tenslotte mag hij informeren over de prognose van zijn aandoening en vragen stellen over zijn toekomst.
Het klinisch hartonderzoek en meer uitgebreid het klinisch cardiovasculair onderzoek bestaat uit een consultatie van het hart, terwijl een idee wordt gevormd van de arteriële circulatie door palpatie van de arteries ter hoogte van de halsstreek, de bovenste en onderste ledematen en de buikaorta. Tevens wordt aandacht besteed aan het hartritme en aan eventuele tekens van hartfalen en hartkleplijden.
Bij klinisch onderzoek wordt tevens getracht enkele extracardiale oorzaken uit te sluiten, die verantwoordelijk kunnen zijn voor de vermeende hartklachten van de patiënt zoals bloedarmoede, schildklierlijden, maag- en slokdarmproblemen, leverpathologie en nierinsufficiëntie.
Het electrocardiogram is een grafische weergave van de electrische activiteit in het hart die langs zenuwgeleidingsbanen de hartspier bereikt en aldaar omgezet wordt in mechanische activiteit en het hart doet samentrekken. Het electrocardiogram geeft belangrijke informatie over de toestand van het hart: is het hartritme regelmatig of zijn er ritmestoornissen? Is de hartspier verdikt? Is de hartspier beschadigd? Is de bloedvoorziening van de hartspier voldoende? Zijn er tekens van een infarct? Is de geleiding normaal of is er een blok opgetreden in de geleiding?
Een rust electrocardiogram kan perfect normaal zijn en toch kan de betrokken patiënt onderhevig zijn aan een belangrijk onderliggend hartlijden. Een inspanningsproef op de ergometerfiets onder continue monitoring kan belangrijke afwijkingen via het electrocardiogram in het licht stellen, die niet bestonden op een normaal rust tracé. In het bijzonder kunnen tekens van zuurstoftekort van de hartspier in het licht gesteld worden die ons toelaten de diagnose te stellen van onderliggende vernauwingen en verkalkingen van de kransslagaders. Ook ritmestoornissen en geleidingsstoornissen worden dikwijls alleen maar opgemerkt tijdens inspanningsproeven. Het opvolgen van de bloeddrukveranderingen tijdens een belastingsproef op de fiets geeft ons aanwijzingen of een therapie voor hoge bloeddruk moet opgestart- of aangepast worden. Bij patiënten met een gekend hartlijden levert de inspanningsproef op de fiets ons interessante gegevens op betreffende de evolutie van de inspanningscapaciteit van de hartpatiënt.
Niet alleen voor beroeps- of goed getrainde sporters maar ook voor recreatieve sportbeoefenaars is de spiro-ergometrische belastingsproef belangrijk om een idee te krijgen over het maximaal inspanningsvermogen van de betrokken persoon, over de kwaliteit van zijn basisconditie en basisuithouding en over zijn omslagpols. De omslagpols is de hartslag waarop het lichaam te veel melkzuur begint te produceren, dat niet meer kan omgezet worden in bruikbare energie zodat men begint te verzuren en verplicht wordt in het “rood” verdere inspanningen te doen. Voor het bepalen van de omslagpols kan men lactaatmetingen uitvoeren maar blijkt de spiro-ergometrie betrouwbaarder met het meten van de ventilatoire anaërobe drempelwaarde. Bij onverklaarbare achteruitgang van het inspanningsvermogen van een sporter of een patiënt kan een spiro-ergometrische belastingsproef tevens interessante gegevens opleveren.
Bij spirometrie wordt de functie van de longen onderzocht en gemeten. De spirometrie helpt ons in gevallen van “kortademigheid” een onderscheid te maken tussen een eventuele onderliggende cardiale problematiek of een pulmonaire aandoening. De “vitale capaciteit” is de volumeverandering van de long tussen een maximale inademing en een maximale uitademing. De vitale capaciteit betreft de totale hoeveelheid lucht die na een maximale inademing kan worden uitgeademd. De “één seconde waarde” is het volume dat in de eerste seconde kan worden uitgeademd tijdens een geforceerd uitademingsmanoeuvre. Wanneer de “één seconde waarde” wordt gedeeld door de “vitale capaciteit” krijgt men de Tiffeneau index, die zeer belangrijk is in het opsporen van een obstructief longlijden zoals astma.
Bij echocardiografie wordt gebruik gemaakt van ultrasone golven, die uitgezonden worden door een echo apparaat, weerkaatsen ter hoogte van de verschillende hartstructuren en daarna terug opgevangen worden door hetzelfde echo apparaat. Op die manier worden de verschillende hartkamers, de 4 hartkleppen en de hartspier in beeld gebracht en kan hun morfologie bestudeerd worden. De diameters en de volumina van de verschillende hartkamers kunnen nauwkeurig gemeten worden , zowel in systole als in diastole, waardoor de pompfunctie van het hart zeer betrouwbaar kan bepaald worden. Bij een cardiaal echo-doppler onderzoek bestuderen we de snelheid en de richting van de bloedstroom in het hart om op die manier de hartklepfuncties te kunnen beoordelen en de ernst van hartklepinsufficienties en van hartklepstenosen te kunnen evalueren. Congenitale hartgebreken kunnen mooi aangetoond worden. Bij speckle-tracking echocardiografie bepalen we de gemiddelde peak systolic srain over het ganse linker ventrikel, waardoor we een juist idee krijgen over de globale contractiliteit van het linker ventrikel. Tevens kunnen we specifieke regionale zones van hypokinesie, van dyskinesie of van akinesie detecteren zodat we objectieve metingen krijgen over de regionale contractiliteit van het linker ventrikel, onderverdeeld in 16 segmenten. De gemiddelde peak systolic strain van het linker atrium wordt bepaald, waardoor de elasticiteit en de uitzetbaarheid van het linker atrium kan geëvalueerd worden. Bij advanced cardiac 3D quantification bepalen we Tmsv16-SD waarde ( standard deviation of time to maximal systolic velocity for 16 segments of left ventricle) die een uitdrukking is van de systolische dyssynchronie index en ons inlichtingen verstrekt over de al of niet homogene mechanische contractiliteit van de verschillende 16 segmenten van het linker ventrikel.
Bij middel van "3D Stress Electrocardografie-echocardiografie-spiro-ergometrie couch" wordt de patient(e) onderworpen aan een inspanningstest op een ligfiets, die de mogelijkheid verschaft om in linker laterale zijligging verder te fietsen en alzo de nodige electrocardiografische, hemodynamische en echocardiografische parameters in die houding op te schrijven. Tegelijkertijd worden tijdens deze stress test electrocardiografische, echocardiografische, spiro-ergometrische en klinische parameters en veranderingen geregistreerd. Klinisch bevindingen: Regelmatige bloeddrukcontroles, controle van de hartfrekwentie, noteren van eventuele klachten zoals dyspnoe, hartkloppingen, duizeligheid, thoracaal drukkingsgevoelen, retrosternale pijn e.a. Electrocardiografische parameters: Eventueel optreden van ischemische repolarisatieveranderingern, aritmieën en/ of atrioventriculaire geleidingsstoornissen. Echocardiografische parameters: Bij middel van 3D cardiaal echo-doppler onderzoek met strain imaging, speckle- tracking echocardiografie en advanced cardiac 3D quantification objectiveren en kwantitatieve beoordeling, in rust voor de inspanning, rond de anaërobe drempelwaarde, bij piek belasting en in rust na de inspanning, van de globale en regionale myocardcontractiliteit, van de systolische en diastolische linker ventrikelfunctie, van de myocard viabiliteit, van de reservoirfunctie van het linker atrium, van de evolutie en eventueel oplopen van de arteria pulmonalisdruk, van het hemodynamisch belang van hartklepinsufficienties en hartklepstenosen. Spiro-ergometrische parameters: Bepalen van de ventilatoire anaërobe drempelwaarde en omslagpols; bepalen van de maximale zuurstofconsumptie en de maximale zuurstofconsumptoe per kg en per minuut. Evaluatie van de aërobe mogelijkheden en de maximale inspanningscapaciteit van patienten. Evaluatie van het maximaal ademminuutvolume.
Het is bekend dat een bloeddruk zeer sterk beïnvloed wordt door nerveuze en emotionele factoren, zoals onder meer een onderzoek tijdens een consultatie bij een geneesheer. Daarom is een bloeddrukmonitoring belangrijk waarbij de bloeddruk op bepaalde vooraf ingebrachte tijdstippen gemeten wordt gedurende 24 uren terwijl de patiënt thuis verblijft in een vertrouwde en meer rustgevende omgeving. Stressfactoren en de zogenaamde “witte jas hypertensie” kunnen op die manier uitgesloten worden.
Het Rooti RX System betreft een intelligent, ambulant , draadloos en meerdaags ECG monitoring patch apparaat, dat toelaat het electrocardiografisch trace gedurende 7 dagen en 7 nachten continu op te schrijven en dat tevens in staat is klinische biometrische gegevens te onttrekken aan het ECG signaal. De uitslagen en de bevindingen van het Rooti RX System onderzoek worden samengevat in een cardiologisch rapport, een fysisch activiteiten rapport en een slaaprapport. De Heart rate varibility kan geëvalueerd worden met bepaling van de SDNN waarde. SDNN betekent de standaarddevitatie van de gemiddelde veranderingen in de tijdsintervallen tussen 2 opeenvolgende normale sinusale hartslagen. Zo zijn de biomarkers voor stress lager bij mensen met een hogere heart rate variability. Het autonoom zenuwstelsel wordt bestudeerd en de balans tussen het orthosympatisch en parasympatisch zenuwstelsel wordt opgemaakt. De ambulante voorspellende gemiddelde bloeddrukwaarden overdag en 's nachts kunnen opgesteld worden en een onderscheid tussen Dippers en Non-Dippers kan gemaakt worden. De slaapkwaliteit van de patienten wordt gemeten en geobjectiveerd en een eventueel verhoogd risico voor een slaap-apnoe syndroom kan vastgesteld worden. De percentages lichte slaapperiode, diepe slaapperiode en REM slaapperiode worden bepaald.
Bij een 24 uur holter monitoring wordt een klein apparaatje onder de kledij aangebracht, dat het electrocardiogram gedurende 24 uren registreert terwijl de patiënt zijn normale dagtaken volbrengt. Op die manier kunnen hartritmestoornissen veel beter opgespoord worden. Tevens is de kans vel groter dat intermittente ver gevorderde atrioventriculaire geleidingsstoornissen kunnen gedetecteerd worden. Ook laat het ons toe eventuele episoden van ischemie en zuurstoftekort van de hartspier te objectiveren.
Patiënten met een veel te trage hartslag of met ver gevorderde atrioventriculaire geleidingsstoornissen kunnen geholpen worden met het plaatsen van een transveneuze pacemaker. Deze procedure vereist geen algemene anesthesie maar wordt uitgevoerd onder lokale anesthesie terwijl U volledig wakker bent. Voor pacemakerimplantatie moet U wel gedurende één dag en één nacht gehospitaliseerd worden. Een regelmatige controle en analyse van de pacemakerfunctie dringt zich op. Zesmaandelijks wordt de pacemaker nagekeken op een speciale en specifieke pacemaker raadpleging.
Patiënten met levensbedreigende hartritmestoornissen worden behandeld met de implantatie van een intracardiale pacemaker-defibrillator, die een hospitalisatie vereist van twee nachten. De nacontroles gebeuren ambulant op de consultatie ter gelegenheid van zesmaandelijkse specifieke raadplegingen. Recente ontwikkelingen op het gebied van electrische stimulatie van het hart maken het nu ook mogelijk om patiënten met een ernstig hartfalen te behandelen met de zogenaamde resynchronisatietherapie, ook biventriculaire pacing genoemd. Het apparaat voor cardiale resynchronisatietherapie functioneert niet alleen als een pacemaker maar hercoördineert het samentrekken van rechter- en linker ventrikel, zoals dit gebeurt in een gezond hart.
Cardiale resynchronisatietherapie-apparaten zijn beschikbaar ofwel enkel met een pacemakerfunctie (CRT-P), ofwel ook met een defibrillatorfunctie (CRT-D). De synchronisatie van rechter- en linker hartkamercontractiliteit wordt geregeld door een CRT apparaat, waardoor de pompfunctie van het hart verbetert. CRT-systemen met een geïntegreerde defibrillator (CRT-D), synchroniseren niet alleen de hartslag, maar onderbreken eveneens levensbedreigende ritmestoornissen.
Na deze niet-invasieve hartonderzoeken zal U een onderhoud hebben met de cardioloog om Uw eventueel hartprobleem te bespreken. Er zal U een duidelijke diagnose meegedeeld worden en er zal een voorstel gedaan worden voor verdere behandeling. Zo een verder eventueel invasief hartonderzoek of behandeling als bijvoorbeeld een coronarografie of pacemakerimplantatie noodzakelijk zouden zijn, kan dit overwogen en gepland worden.
De consultatie hartziekten zal afgesloten worden met het opstellen van een medisch rapport voor Uw huisdokter of andere verwijzende geneesheren. In dit medisch verslag zal ook gevraagd worden dat Uw huisdokter de verdere medische controle en opvolging organiseert en ter harte neemt.
Een coronarografie is een radiologisch onderzoek om de kransslagaders van het hart te visualiseren. Dit onderzoek vereist een hospitalisatie van één nacht en kan uitzonderlijk soms ook uitgevoerd worden tijdens een ééndagshospitalisatie. Langs een slagader van de lies of van de pols wordt een katheter opgeschoven tot in de rechter- en linker kransslagaders van het hart. Bij middel van het inspuiten van contraststof kunnen de kransslagaders gefilmd worden om zodoende het anatomisch verloop te evalueren. Eventuele vernauwingen en opstoppingen worden gedocumenteerd. Zo mogelijk en zonodig worden aansluitend ballondillataties en stentimplantaties uitgevoerd.
Stationsstraat 44
B-2910 Essen
T +32 (0)3 663 59 46
F +32 (0)3 663 59 47
Turnhoutsebaan 170
B-2970 Schilde
T +32 (0)3 383 18 80
F +32 (0)3 383 03 91
Rubenslei 35
B-2018 Antwerpen
T +32 (0)3 232 28 03
F +32 (0)3 233 36 51
algemeen e-mailadres: info@kloppendhartessen.net
Stationsstraat 44
B-2910 Essen
T +32 (0)3 663 59 46
F +32 (0)3 663 59 47
Turnhoutsebaan 170
B-2970 Schilde
T +32 (0)3 383 18 80
F +32 (0)3 383 03 91
Rubenslei 35
B-2018 Antwerpen
T +32 (0)3 232 28 03
F +32 (0)3 233 36 51
algemeen e-mailadres: info@kloppendhartessen.net